Paulien Cornelisse over ziekte: 'Naar, maar ook bijzonder'

Cabaretier en schrijfster Paulien Cornelisse is ondanks haar recente kankerdiagnose druk aan het schrijven. In het AD vertelt ze maandag over de "eervolle" taak om het Boekenweekessay te mogen schrijven én legt ze uit hoe de kracht en magie van woorden haar soms ook door haar ziekteperiode heen helpen: "Als je iets beschrijft, neem je al een klein beetje afstand."

In het interview met de krant wordt Paulien gevraagd of ze in haar nare situatie iets aan woorden heeft, aangezien ze eigenlijk altijd met taal bezig is vanwege haar werk. "Ik merk dat ik de hele tijd voor mezelf probeer te beschrijven wat er gebeurt. Want ja, het is naar, maar tegelijk ook bijzonder", meent de schrijfster. "En als je iets beschrijft, neem je al een klein beetje afstand."

Ze benoemt een bijzonder voorbeeld op de operatietafel. "Ik werd onlangs geopereerd met behulp van een operatierobot. Ik keek naar dat apparaat en dacht: 'Het lijkt eigenlijk best wel op een bidsprinkhaan'. Mijn situatie verandert er niet door, maar door dat ding een bidsprinkhaan te noemen, maak ik 'm schattiger en minder eng", deelt Paulien.

Tekst gaat verder onder de Instagram-post.

'Welkome afleiding'

Verder geeft Paulien aan dat het momenteel naar omstandigheden wel gaat: "Het woord 'goed' is niet aan de hand nu, omdat ik dus kanker heb. Maar ik heb wel veel goede dagen en goede momenten." Het boek waar ze nu mee bezig is voor de Boekenweek, genaamd Hèhè - Over wat we zeggen zonder dat we het doorhebben, werkt volgens Paulien als goede afleiding in deze nare tijd.

Naar eigen zeggen kreeg ze het verzoek om het essay te schrijven voordat haar kankerdiagnose werd vastgesteld. "We zijn nu bezig met de laatste correctierondes en dat is fantastisch. Zo hoef ik niet de hele dag aan mijn ziekte te denken, dus het is een heel welkome afleiding. En ik schrijf natuurlijk alleen als het gaat, maar voorlopig lukt het." Volgens haar kwam dit verzoek daarom, achteraf gezien, éxtra goed uit.